
Spreekwoorden: (1914)
Daar moet de schoorsteen van rooken,d.w.z. daar moeten we van leven, bestaan; dat verschaft ons voedsel, levensonderhoud. Vgl. Winschooten, 352: Mooi weer en geen haring: hetwelk oneigendlijk beteekend, alle ding is meutje, maar de schouw rookt'er niet van; Kluchtspel III, 201: Die (Amsterdamsche jo...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
Daar moet de schoorsteen van rooken,d.w.z. daar moeten we van leven, bestaan; dat verschaft ons voedsel, levensonderhoud. Vgl. Winschooten, 352: Mooi weer en geen haring: hetwelk oneigendlijk beteekend, alle ding is meutje, maar de schouw rookt'er niet van; Kluchtspel III, 201: Die (Amsterdamsche jo...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.